In "Vuur en Woede" documenteerde Michael Wolff de chaotische eerste maanden van Donald Trumps presidentschap. Nu is de situatie heel anders: Trump heeft de meest capabele adviseurs ontslagen, de wereldmacht VS is volledig onderworpen aan zijn impulsieve instincten. Tegelijkertijd staat hij onder vuur, van vrienden en vijanden, van zijn radicale basis en het politieke establishment in Washington. Wolff schetst in zijn meeslepende nieuwe boek een Amerikaanse president die zich voortdurend achtervolgd voelt en zich daarbij steeds weer aan de rand van zelfvernietiging brengt: een Trump die wanhopig vecht voor zijn politieke overleven. Wolffs boek is een tragikomedie en een groot politiek drama. Hij maakt duidelijk hoezeer de Amerikaanse buitenlandse politiek verweven is met de zakelijke belangen van zijn schoonzoon en waarom Trump nogmaals aan speciaal aanklager Robert Mueller kon ontsnappen; dat Trump Noord-Korea niet op de kaart zou kunnen vinden en Melania weer bij haar ouders woont. En in het centrum van alles een Witte Huis, waar iedereen tegen iedereen staat - en waar iedereen zich afvraagt: Wanneer ontploft dit hier? "Onder Vuur" is het meest gedetailleerde portret van die buitengewone man, die ondanks alles nog steeds president van de Verenigde Staten is.