
Nieuws en trends
De meeste mensen willen ze, maar velen begrijpen ze niet: voedseletikettering
van Debora Pape
Plantaardige melkalternatieven bevatten vaak veel suiker of onnodige toevoegingen. Dit blijkt uit een onderzoek. Er worden ook manieren gepresenteerd waarop de voedingskwaliteit verbeterd zou kunnen worden.
Er zijn goede redenen om koemelk te vermijden en te kiezen voor alternatieven: afwijzing van dierenleed, lactose-intolerantie en, niet in de laatste plaats, bezorgdheid over de hoge uitstoot van broeikasgassen door de melkproductie. Smaak kan ook een reden zijn: schuim met amandel- of kokossmaak geeft je cappuccino een nieuwe draai. Maar wie ervan uitgaat dat plantaardige alternatieven per definitie gezonder zijn dan koemelk, heeft het vaak mis.
De nieuwe Zwitserse studie «Transforming plant-based milk alternatives for better health» kijkt naar 66 melkalternatieven van 14 merken op de binnenlandse markt, zoals die gemaakt van haver, soja, amandelen en kokosnoot. Het doel van het onderzoek is om manieren te vinden om de voedingskwaliteit van plantaardige dranken te verbeteren. Daartoe is eerst de huidige status geanalyseerd.
Het resultaat: hoewel melkalternatieven op zich niet ongezond zijn, laat de voedingskwaliteit van veel producten te wensen over in vergelijking met koemelk. Volgens de onderzoekers kan die echter zonder veel moeite aanzienlijk worden verbeterd. In de studie worden overigens geen merken of productnamen genoemd, omdat het geen producttest is.
Het onderzoeksteam gebruikte de ingrediëntenlijst om de Nutri-Score te controleren, die een algoritme gebruikt om voedingsmiddelen in te delen op een schaal. De beoordeling is onder andere gebaseerd op de calorische waarde, het suiker- en zoutgehalte en het aandeel verzadigde vetzuren. Je kunt meer te weten komen over de berekening hier.
A is de beste waarde, E de slechtste. Dit is bedoeld om consumenten in de supermarkt een ruwe vergelijking en besluitvormingshulp te bieden.
52 procent van de geteste dranken valt in de categorieën B en C (26 procent elk), 44 procent is geclassificeerd als D en vier procent als E. Ter vergelijking: koemelk wordt geclassificeerd als C voor volle melk en als B voor de magere variant.
Volgens de Nutri-Score classificatie presteren deze producten het beste in categorie B:
Aan de onderkant van de schaal staat een van de 25 haverdranken (E). In de op één na slechtste categorie staat D
De beste waarde A is uitsluitend gereserveerd voor water in de categorie dranken.
Uit verdere bevindingen blijkt dat de Nutri-Score geen volledig beeld geeft.
Dranken op basis van planten worden vaak gecategoriseerd als ultrabewerkte voedingsmiddelen. Dit zijn industrieel vervaardigde producten die veel additieven bevatten en tijdens de verwerking sterk gemodificeerd zijn.
Het onderzoek stelde vast dat vijf van de geanalyseerde producten - namelijk alle kokosnoot-, cashew- en erwtendranken - sterk bewerkt zijn. De goede Nutri-Score score van erwten- en kokosdranken verraadt echter niet de hoge mate van verwerking. Daarentegen gebruiken alle twaalf aardappel- en sojadranken onbewerkte plantaardige ingrediënten. Deze bevatten echter meer suiker.
Aan 21 procent van de drankjes is suiker toegevoegd. Daarnaast is er een hoog aandeel natuurlijke suiker, dat al aanwezig is in de plantaardige bron of ontstaat tijdens de verwerking. Rijst- en haverproducten bevatten daarom grote hoeveelheden suiker. Het onderzoek merkt op dat producten met minder suiker meestal meer additieven bevatten.
Ze zitten in 47 procent van de geteste producten. Het team identificeerde in totaal 51 additieven, waaronder zuurteregelaars, stabilisatoren, emulgatoren en verdikkingsmiddelen. De toevoeging varieerde afhankelijk van de plantaardige bron. Zo werden stabilisatoren vooral gebruikt in kokosnoot-, hazelnoot-, amandel- en sojamelkalternatieven, terwijl zuurteregelaars vooral werden gebruikt in aardappel-, erwten- en haverproducten. Melkalternatieven van gemengde plantaardige bronnen bevatten daarentegen geen additieven.
Een bijkomend probleem met plantaardige dranken is dat ze minder voedingsstoffen bevatten dan koemelk, omdat ze grotendeels uit water bestaan. Er worden bijvoorbeeld calcium en vitamines toegevoegd om de voedingswaarde te verbeteren, terwijl het eiwitgehalte en de kwaliteit lager is.
Het onderzoek benadrukt dat fabrikanten veel mogelijkheden hebben om de voedingswaarde en dus ook de Nutri-Score te verbeteren. De focus ligt op het suikergehalte. Dit kan met enkele grammen per 100 milliliter worden verlaagd: een hoog gehalte aan toegevoegde suiker is niet nodig en veranderingen in het productieproces kunnen het natuurlijke suikergehalte verlagen. Volgens het rapport bieden vooral haver- en sojadranken een groot potentieel voor suikerreductie.
Het goede nieuws voor fabrikanten is dat er steeds meer vraag is naar natuurlijke en gezonde producten op de markt. De onderzoekers zien ook een groot potentieel voor verbetering in de ontwikkeling van minder bewerkte producten. Rijst-, haver- en mixdranken zouden daarom het meeste baat hebben bij meer onbewerkte plantaardige bronnen.
De toevoeging van veel additieven is ook vaak onnodig: volgens het onderzoek kunnen sommige melkalternatieven zonder tot wel drie additieven. De toevoeging van eiwitten en vezels kan daarentegen wel leiden tot een verbetering van de Nutri-Score.
?
Het valt nog te bezien of fabrikanten zullen reageren en de samenstelling en het productieproces van hun producten zullen veranderen. Het is duidelijk dat er naast smaak ook grote verschillen zijn in de productieprocessen, voedingswaarden en het gebruik van additieven in melkalternatieven. Tot die tijd moet je jezelf informeren over de voor- en nadelen van je favoriete plantaardige drank. «Geniet met mate» is, net als bij alle bewerkte voedingsmiddelen, een goed advies bij twijfel.
Voelt zich net zo thuis voor de spelcomputer als in de hangmat in de tuin. Houdt onder andere van het Romeinse Rijk, containerschepen en sciencefictionboeken. Bovenal speurt hij naar news uit de IT-sector en slimme dingen.